dinsdag 28 januari 2014



In de vele boeken die hij (= Joseph Campbell) geschreven heeft, staat steeds één onderwerp centraal: de mythe! Nu zijn van oudsher ‘initiatie´ en ´mythe´ zeer nauw verbonden geweest. Aan de ene kant hebben vele (alle?) mythen wezenlijk initiatie tot onderwerp, aan de andere kant is de initiatie dikwijls (altijd?) de ritualisering van een mythe. Campbell wijst ons enerzijds steeds weer op de doodlopende wegen wanneer we de eeuwenoude mythen willen actualiseren, anderzijds laat hij zien hoe bijvoorbeeld de christelijke kerken de eeuwen door juist hun bestaansgrond ontleenden aan de initiatie in de mythe.
Dr. Tjeu van den Berk, Mystagogie, p. 24
47
Waar de poëzie van de mythe wordt geïnterpreteerd als biografie, geschiedenis of wetenschap, daar wordt zij gedood. De levende beelden worden tot schimmige feiten uit een ver verleden en verre streken. Bovendien is het nooit moeilijk aan te tonen dat mythologie als wetenschap, als geschiedschrijving nonsens is. Wanneer een beschaving zijn mythologie op die manier begint te interpreteren wijkt het leven eruit; tempels worden musea en de verbinding tussen de twee perspectieven gaat verloren. Een dergelijke vloek heeft ongetwijfeld de bijbel en een groot deel van de christelijke religie getroffen.
J. Campbell, geciteerd in
 Dr. Tjeu van den Berk, Mystagogie, p. 24

Er is geen kloof tussen het geluk van de mens en de plannen van God. Het ontdekken dat die kloof niet bestaat, het beleven van deze vereenzelviging is de werkelijke beloning van het godsdienstig leven.
Abraham Joshua Heschel God zoekt de mens, p.333

We moeten vriendelijkheid geven om goedheid te verwerven. We moeten het goede doen om het heilige te bereiken.
Abraham Joshua Heschel God zoekt de mens, p. 335

Men spreekt wel over ‘Harer Majesteits Marine’ en over ‘Harer Majesteits regering’, maar nooit over ‘Harer Majesteits schuld.
Heinrich Heine

vrijdag 17 januari 2014



Toen rabbi Yohanan ben Zakkai zijn leerlingen vroeg: “Wat is de slechtste eigenschap die een mens behoort te mijden?”, antwoordde rabbi Simeon: “Iemand die leent en niet terugbetaalt. Het maakt geen verschil of men leent van een mens of God.” Misschien is dit het wezen van de menselijke ellende: te vergeten dat het leven ons zowel geschonken als toevertrouwd is.
Abraham Joshua Heschel God zoekt de mens, p. 329

In het algemeen wordt over symbolen gesproken als over codes ‘die voor iets anders staan’. Symbolen worden dan tekens die men ontcijfert en rationeel verklaart. Hoe erudieter een mens is, des te meer heeft hij of zij kennis van waar die codes voor staan. Hier is weinig of geen sprake van een ‘symbolisch bewustzijn’. Daarvoor is het kenmerkend dat men participeert aan een werkelijkheid die juist onpeilbaar is. Symbolen trekken het alledaags bewustzijn juist buiten zijn grenzen. Hoe we ook praten, argumenteren en analyseren, nooit zullen we hun betekenis geheel doorgronden; ze kunnen nooit door een samenvatting of interpretatie vervangen worden. Symbolen blijven in hun eigen wezen voortbestaan als de enig mogelijke manier om te zeggen wat ze zeggen. Een symbool betekent niet iets maar is iets. Echte symbolen gaan verstandelijke ontcijfering te boven, ze roepen een mentale dimensie te voorschijn die aan woorden ontsnapt. Ze geven toegang tot de donkere kamers der werkelijkheid.
Dr. Tjeu van den Berk, Mystagogie, p, 9/10
De ingewijden hoeven niets te leren maar dienen iets te ondergaan.
Aristoteles

Voorbij de geest is mysterie, maar voorbij het mysterie is genade.
Abraham Joshua Heschel God zoekt de mens, p.330

Hier wil ik alvast benadrukken dat ‘symbool’ niet zoiets betekent als ‘metafoor’. Een symbool staat niet voor iets anders maar is zelf een werkelijkheid, een ervaringswerkelijkheid, die zich niet anders dan in beelden kan uitdrukken. De beelden hebben dáárom zo’n suggestieve kracht, omdat er een oertypische ervaring aan ten grondslag ligt.
Dr. Tjeu van den Berk, Mystagogie, p. 21

donderdag 9 januari 2014



Godsdienst heeft vaak meer gedaan om vooroordelen heilig te verklaren dan om te worstelen om waarheid, meer om het heilige tot fossiel te maken dan om het wereldlijke te heiligen.
Abraham Joshua Heschel God zoekt de mens, p. 384

Mitt der Schrift stimmt’s durchaus recht, wenn man sie aufschließt und sie zu erschließens willens ist.
Meister Eckhart
IN: Joseph Quint,Meister Eckhart, Deutsche Predigten und Traktaten, p. 371

(N.a.v. Jesus Sirach, 24,29: Bei leiblichen Dingen ist dem ja nicht so; je meht man davon ißt, um so satter wird man ihrer. In geistigen Dingen aber gibt es keine Sättigung; denn je mehr man von ihnen hat, um so mehr gelüstet man nach ihnen.
Meister Eckhart
IN: Joseph Quint,Meister Eckhart, Deutsche Predigten und Traktaten, p. 371

Wat bezielt de dichter? De dichter houdt zich bezig met de wereld van de mens en met gebeurtenissen daarbinnen, niet om die wetmatig te verklaren, maar door er betekenis aan te verlenen op grond van kenmerlen van die gebeurtenissen.
Gerard Visser, De druk van de beleving, p.150

Vele zachtmoedigen zouden minder goedaardig zijn, als ze de tanden en klauwen van een tijger bezaten.
Heinrich Heine

donderdag 2 januari 2014



Men spreekt wel over ‘Harer Majesteits Marine’ en over ‘Harer Majesteits regering’, maar nooit over ‘Harer Majesteits schuld.
Heinrich Heine
48
Godsdienst heeft vaak meer gedaan om vooroordelen heilig te verklaren dan om te worstelen om waarheid, meer om het heilige tot fossiel te maken dan om het wereldlijke te heiligen.
Abraham Joshua Heschel God zoekt de mens, p. 384

Mitt der Schrift stimmt’s durchaus recht, wenn man sie aufschließt und sie zu erschließens willens ist.
Meister Eckhart
IN: Joseph Quint,Meister Eckhart, Deutsche Predigten und Traktaten, p. 371

(N.a.v. Jesus Sirach, 24,29: Bei leiblichen Dingen ist dem ja nicht so; je meht man davon ißt, um so satter wird man ihrer. In geistigen Dingen aber gibt es keine Sättigung; denn je mehr man von ihnen hat, um so mehr gelüstet man nach ihnen.
Meister Eckhart
IN: Joseph Quint,Meister Eckhart, Deutsche Predigten und Traktaten, p. 371

Wat bezielt de dichter? De dichter houdt zich bezig met de wereld van de mens en met gebeurtenissen daarbinnen, niet om die wetmatig te verklaren, maar door er betekenis aan te verlenen op grond van kenmerlen van die gebeurtenissen.
Gerard Visser, De druk van de beleving, p.150