vrijdag 28 maart 2014


Het begin van wijsbegeerte is verwondering
Plato (ca 427 – 347 v. Chr.)
Filosofie Magazine, 2013-5, p. 6
 
Religie en wetenschap worden vaak vergeleken en tegen elkaar afgezet, alsof het twee gelijke krachten in de samenleving zijn. Niets is minder waar. Geloof in het bovennatuurlijke is een universeel verschijnsel bij de mens. Het kost geen enkele moeite om kinderen religieus op te voeden. Kinderen wetenschap bijbrengen neemt wel lange tijd in beslag. Wetenschap is een veel beperkter verschijnsel, dat pas een paar duizend jaar geleden is ontstaan. Als je een groep kinderen achterlaat op een onbewoond eiland, kun je er donder op zeggen dat er taal ontstaat, dat zich relaties van dominantie ontwikkelen en dat zich een cultuur vormt met elementen van politiek, spel en geloof in het bovennatuurlijke. Maar dat op dat eiland ook wetenschap zal ontstaan, lijkt me onwaarschijnlijk.
Frans de Waal
IN: Filosofie Magazine, 2013-5,p. 16
 
Zoek de kleine dingen die aan het leven vreugde en voldoening gevan.
Confucius
IN: Filosofie Magazine, 2013-5,p.17
 
Filosofie is de tijd in gedachten vervat.
Georg Wilhelm Friedrich Hegel
IN: Filosofie Magazine, 2013-5,p.55

vrijdag 21 maart 2014



Nog eenmaal voor ik verder trek
en uitzie voor mij uit
hef ik vereenzaamd mijn handen
naar U omhoog naar wie ik vlucht,
aan wie ik in de diepste diepten van mijn hart
plechtige altaren heb gewijd,
opdat te allen tijde mij
uw stem weer roepen zou.

Daarop gloeit diep ingegrift het woord:
Voor de onbekende God.
Hem hoor ik toe,
al bleef ik tot op dit uur
samenzweren met het kwaad.
Hem hoor ik toe, en ik voel de strikken
die me in de strijd omlaag trekken
en ook al vlucht ik,
me toch dwingen tot zijn dienst.

U wil ik kennen, Onbekende,
Gij die mij grijpt diep in mijn ziel,
Gij die mijn leven als een storm doorzwerft,
Gij Onbegrijpelijke, mij verwant!
Ik wil U kennen, zelfs U dienen.
Friedrich Nietzsche
Vindplaats: Speling. Tijdschrift voor bezinning, 2013-1
met als voetnoot:
“Vertaald uit: Chr. Einiger (red.), Die schönsten Gebete der Welt, München 1964, 245; geciteerd in: En toch bidden. Doeboekje, samengesteld door collectief Speling van Titus Brandsma Instituut, Hilversum 1974, 22

zondag 16 maart 2014



Iedereen heeft het maar over een stijgende zeespiegel en dat er op een gegeven moment geen houden meer aan is. Maar Vrijling houdt geloof in zijn dijken: “Ten eerste, de zee stijgt al heel lang. Met 20 centimeter peer eeuw, en daar meten we nog geen versnelling in. Maar zelfs als de deskundigen gelijk krijgen en de zee over honderd jaar een meter hoger staat, maak ik me geen zorgen. We kunnen een dijkverhoging makkelijk betalen en er zit nu al een veiligheidsmarge in. Als die zeespiegelstijging echt gaat gebeuren, hebben we zeker nog dertig jaar de tijd om in actie te komen. Dat moet te doen zijn.”
“Als het moet verdedigen we ons tegen een stijging van vijf meter. Maar waar hebben we het over? Weet u hoe Nederland er honderd jaar geleden bij lag? Toen waren er nauwelijks auto’s. geen mobieltjes, satellieten of computers. Kunt u zich dan een voorstelling maken van het Nederland in 2100? Nee toch? Ja, behalve die zeespiegel. Daarvan denken we te weten hoe hoog die is over honderd jaar.”
IN: Trouw, 23 mei 2013. Interview met Han Vrijling, terugtredend hoogleraar waterbouwkunde aan de TU Delft

De vrijheid is de nieuwe godsdienst van onze tijd en de Fransen zijn haar uitverkoren volk. Parijs is het nieuweJjerusalem, die het Heilige Land der Vrijheid scheidt van dat der Filistijnen.
Heinrich Heine
De mens heeft de fantasie om hem te compenseren voor wat hij niet is en een gevoel voor humor om hem te troosten voor wat hij wel is.
Francis Bacon
Geciteerd in: Rob Wijnberg, Crying times, De Groene,jrg. 137 nr. 27/28

De kerk ‘mag God niet voorstellen als iets was “van buiten af” op de mens af komt, dat existentieel niet te verifiëren is. Ze moet God beschouwen als degene op wie het bestaan van de mens in deze onvermijdelijke basiservaring uiteraard gericht is, ook als hij thematisch niets daarvan weet’.
Karl Rahner
Geciteerd in: Dr. Tjeu van den Berk,Mystagogie, p. 53

‘Gelassenheit’ is een oud woord, bekend van Meister Eckehart, dat Heidegger gedurende zijn hele denkweg heeft begeleid, maar een terugkeer naar diens mystiek door haar simpelweg over te nemen kan nooit de weg zijn. Niet omdat wij niet meer in zijn God geloven, maar omdat zijn intellectuele toegang niet meer de onze kan zijn. Een gesprek met Eckehart omtrent zijn mystieke ervaring, die betrekking had op een iets in de ziel wat aan alle zielskrachten, ook die van de kennis, voorafging, is daarentegen iets geheel anders. Dat zal plaatsvinden vanuit een ervaring onzerzijds – Heideggers weg getuigt daarvan – die gesitueerd is in het ondergangselement van de beleving.
Gerard Visser, De druk van de beleving, Nijmegen 1998, p.371/2

maandag 10 maart 2014



Deze wereld, waarin de rede meer en meer thuis is, is niet bewoonbaar.
Levinas. Filosofie Magazine, 2012-3, p. 6

Er zijn predikanten die het een soort achtste hoofdzonde vinden, als je te moeilijk doet.
Een vriend

De knutselaar dicht zijn gevoel, de dichter voelt zijn gedicht.
Martinus Nijhoff, geciteerd in: Gerard Visser, De druk van de beleving, p. 257

Bij een vrouw weet je nooit waar de engel ophoudt en de duivelin begint.
Heinrich Heine

Iedereen heeft het maar over een stijgende zeespiegel en dat er op een gegeven moment geen houden meer aan is. Maar Vrijling houdt geloof in zijn dijken: “Ten eerste, de zee stijgt al heel lang. Met 20 centimeter peer eeuw, en daar meten we nog geen versnelling in. Maar zelfs als de deskundigen gelijk krijgen en de zee over honderd jaar een meter hoger staat, maak ik me geen zorgen. We kunnen een dijkverhoging makkelijk betalen en er zit nu al een veiligheidsmarge in. Als die zeespiegelstijging echt gaat gebeuren, hebben we zeker nog dertig jaar de tijd om in actie te komen. Dat moet te doen zijn.”
“Als het moet verdedigen we ons tegen een stijging van vijf meter. Maar waar hebben we het over? Weet u hoe Nederland er honderd jaar geleden bij lag? Toen waren er nauwelijks auto’s. geen mobieltjes, satellieten of computers. Kunt u zich dan een voorstelling maken van het Nederland in 2100? Nee toch? Ja, behalve die zeespiegel. Daarvan denken we te weten hoe hoog die is over honderd jaar.”
IN: Trouw, 23 mei 2013. Interview met Han Vrijling, terugtredend hoogleraar waterbouwkunde aan de TU Delft

maandag 3 maart 2014



Wij zoeken daarom in de volgende hoofdstukken ons antwoord allereerst in de Europese wetenschapsgeschiedenis en stellen vervolgend de vraag wat deze aan de mens, in zijn kenrelatie tot de werkelijkheid heeft gedaan.
Of men bij het antwoord hierbij van de theologie of van de filosofie verwacht, doet in eerste instantie niet ter zake. Want ook de theologische vraag (wat is er met ‘God’ gebeurd?) heeft, gezien de geschiedenis van onze Europese cultuur, algemeen belang en hangt samen met alles rakende probleem wat er met de mens en zijn ervaring van de werkelijkheid is gebeurd.
Dr. H.W. de Knijff, Tegenwoordigheid van geest als Europese uitdaging, p.52

De geschiedenis van het Europese denken geeft een proces te zien waarin de theologie aanvankelijk de filosofie omvat en beheerst, maar door diezelfde geschiedenis geleidelijk wordt geëlimineerd.
Dr. H.W. de Knijff, Tegenwoordigheid van geest als Europese uitdaging, p.52

Natuurlijk moet men zijn vijanden vergeven –maar pas als ze hangen!
Heinrich Heine

Als het een kwestie van geld is, is iedereen van hetzelfde geloof.
Voltaire. IN: Filosofie Magazine, 2012-3, p. 2

Deze wereld, waarin de rede meer en meer thuis is, is niet bewoonbaar.
Levinas. Filosofie Magazine, 2012-3, p. 6